Snel vermenigvuldigen
We werken opnieuw van links naar rechts en splitsen de getallen in hondertallen, tientallen en eenheden. 25 lezen we dus als 20 + 5 en 283 als 200 + 80 + 3. Dit hoofdstuk is verdeeld in verschillende onderdelen. We beginnen met 1 x 2 cijfers te vermenigvuldigen (dus bijvoorbeeld 6 x 54). Daarna gaan we 1 x 3 cijfers vermenigvuldigen (dus bijvoorbeeld 3 x 738). Als laatste gaan we 2 x 2 cijfers vermenigvuldigen. Het enige dat je voor dit hoofdstuk hoeft te kennen is de tafel van 10.
De links-naar-rechts methode wordt gebruikt voor alle bewerkingen, dus ook voor vermenigvuldigen, delen en aftrekken.
Eenvoudig begin: 1 x 2 cijfers
We beginnen eenvoudig. De volgende bewerking heeft u vast wel eens gedaan, bijvoorbeeld in de keuken met het afwegen van de juiste hoeveelheid meel, of in de supermarkt. Laten we beginnen met twee eenvoudige voorbeelden. Na enige oefening zul je slechts nog doortellen: 60, 81 om bij het antwoord te komen.
Voorbeeld: 3 x 27 = ?
3 x 20 = 60
3 x 7 = 21
60 + 21 = 81
81 = antwoord
Voorbeeld: 6 x 87 = ?
6 x 80 = 480
6 x 7 = 42
480 + 42 = 522
522 = antwoord
(zoals je in het hoofdstuk optellen geleerd hebt tel je 480 + 42 als volgt op: 480, 520, 522.)
Hier volgen een paar oefeningen om het bovenstaande te oefenen.
- 3 x 46 =
- 6 x 67 =
- 6 x 23 =
- 5 x 53 =
- 8 x 73 =
Iets moeilijker: 1 x 3 cijfers
We gaan nu naar het volgende type probleem: 4 x 347 = ? Volgens de methode die hierboven staat uitgelegd kun je dit als volgt uitrekenen:
Voorbeeld: 4 x 347 = ?
We splitsen eerst 347 in 300 + 40 + 7, en dan
4 x 300 = 1200 (spreek uit: duizend twee honderd)
4 x 40 = 160 (tel door: 1300, 1360)
4 x 7 = 28 (tel door: 1360, 1388)
1388 = antwoord
Kom je boven de duizend, spreek de duizendtallen dan los uit. Zeg dus duizend tweehonderd in plaats van twaalfhonderd. Dat leidt tot minder verwarring en is makkelijker te onthouden.
Probeer tijdens de oefeningen zoveel mogelijk door te tellen. Dit helpt je de tussenstappen te onthouden en zorgt ervoor dat je minder fouten maakt. Reken je bijvoorbeeld uit 8 x 178, probeer dan als volgt te tellen (en spreek uit, desnoods hardop): 800, 1360, 1424. Maak je geen zorgen als dit niet meteen lukt; voor hoofdrekenen geldt des te meer: oefening baart kunst!
Voorbeeld: 7 x 326 = ?
7 x 300 = 2100
7 x 20 = 140 (tel door, 2100, 2240)
7 x 6 = 42 (tel door, 2240, 2282)
2282 = antwoord
Lukken deze opgaven niet direct, dan kan het helpen om het hoofdstuk optellen nog een keer door te nemen.
- 5 x 183 =
- 6 x 342 =
- 9 x 986 =
- 3 x 637 =
- 4 x 338 =
Dit is het einde van het hoofdstuk. Wilt u verder gaan met nog complexere sommen, ga dan verder met het hoofdstuk vermenigvuldigen voor gevorderden, waarin u twee getallen tot 100 leert vermenigvuldigen (dus bijvoorbeeld 43 x 87). U kunt ook verder lezen over specifieke gevallen waarbij u factoren gebruikt om vermenigvuldigingen uit het hooft uit te rekenen.
- vermenigvuldigen van getallen tot honderd (gevorderden)
- vermenigvuldigen met behulp van factoren (iets minder moeilijk)
Meer oefeningen
Om meer te oefenen staan er op deze site een groot aantal oefeningen. Deze oefeningen kun je uitprinten zodat je ze rustig op papier kunt maken. Van iedere soort som op deze pagina staan er 80 varianten op, en twee extra voorbeelden. Daarbij staan er nog eens vijf maal 80 sommen gemixt op, zodat je de verschillende sommen ook door elkaar kunt oefenen. Dit oefenmateriaal kun je voor een klein bedrag downloaden via de onderstaande link.
- Oefenen: vermenigvuldigen (560 sommen met antwoorden) (PDF)
- Rekenoefeningen: gemixt (320 sommen met antwoorden) (PDF)
Verder leren met rekenenen? Leer ook sneller delen, of probeer alvast de gratis rekentest.
Rekenles.com 2024 ©